Vallende bladeren. Waarom laten bomen hun bladeren vallen? - I
- Aart van Bel
- 4 nov 2017
- 2 minuten om te lezen
Bijgewerkt op: 5 dec 2017
26-10-2017
Hoeveel gedichten zijn er niet gewijd aan de verkleurende en vallende bladeren in de herfst. Want verwelken is in ons gemoed verbonden met vergankelijkheid. Mensen in de tropen hebben deze ervaring niet. Daar vallen de bladeren niet. Denken we.
In principe stoten alle bomen hun bladeren af, inclusief de altijdgroene bomen in tropen en subtropen en de naaldbomen. Alleen merken we bladval bij deze bomen niet op, omdat de bladeren verspreid over het jaar vallen en de bomen niet kaal worden. Waarom ligt er anders een dik naaldentapijt onder naaldbomen? En ook in eucalyptusbossen ligt een laag afgevallen bladeren, net als in een oerwoud. Dus bladval gebeurt bij alle bomen. Waarom deze verspilling van materiaal en voedingsstoffen?
Hoe vreemd het klinkt, bladeren verslijten. Er zijn vele redenen. Ze worden aangevallen door ziekteverwekkers die beschadigingen nalaten, ze hopen stof op, waardoor de gaswisseling en fotosynthese niet optimaal meer verlopen, ze worden beschadigd door de opname van zware metalen in de bodem, ze worden aangetast door agressieve gassen in de lucht etc. etc. Na een paar jaar is een blad āopā en wordt afgestoten.
Bij loofbomen in de gematigde luchtstreken is de houdbaarheid van bladeren kort, omdat overleving tijdens de winter zinloos is. Water kan in bevroren vorm niet opgenomen en getransporteerd worden en de dunne bladeren bevriezen onherroepelijk. Er zijn soorten met bladeren, die de winter kunnen overleven, maar dat zijn meestal struiken of naaldbomen. Denk aan Rhododendron, Aucuba, hulst, Camelia en alle naaldbomen behalve Larix. Zij hebben zonder uitzondering hele dikke bladeren, waarin bovendien āantivriesā gefabriceerd kan worden. Deze bouw en andere aanpassingen vragen kostbare investeringen in de infrastructuur en wellicht hebben de meeste loofbomen te weinig voedsel of zijn slecht toegerust voor zoān dure huishouding.
Slijtage is ƩƩn kant van de bladval-medaille, de andere is taakverdeling. Zonder bladval zou een efficiƫnte boomarchitectuur niet mogelijk zijn. Het boomskelet vormt een optimaal ophangsysteem voor bladeren en zorgt er voor, dat een boom onder alle omstandigheden (storm) overeind blijft. Hoe een boomskelet ontstaat is bij loofbomen goed te zien. In de oksels van de bladeren worden in de herfst knoppen gevormd, die in de lente als een nieuwe tak uitgroeien. De oorspronkelijke tak heeft een nieuwe functie als steuntak zonder bladeren. Deze komen niet terug na de winter, temeer omdat ze door nieuwe bladeren overschaduwd zouden worden en van weinig nut zouden zijn. Dat zou een slechte investering zijn. Of bladeren voldoende fotosynthese bedrijven, telt inderdaad voor de boom. Aan takken, die in de schaduw geraken door groei van overhangende takken, vergelen de bladeren in de zomer en vallen af. Een of enkele jaren later zijn deze takken verdord en vallen af. Dat takken wegens taakverzuim worden afgestoten draagt bij aan de natuurlijke stamvorming.
Dit proces is niet vergelijkbaar met de kunstmatige stamvorming, waarbij we de boom aan een stam āhelpenā, door gezonde, nog functionerende, lage takken te snoeien om het autoverkeer betere doorgang te geven of om de lichtval door onze ramen te vergroten. Wat bij dit geknutsel vergeten wordt, is dat zulke bomen bij storm makkelijker omgeblazen worden door de grotere hefboomwerking.
Comentarios